- Het aandeel van vrouwen onder de ondernemers in Nederland is afgelopen jaar blijven hangen op 37 procent.
- Volgens een onderzoek van ABN AMRO kan de relatieve stagnatie negatieve gevolgen hebben voor de Nederlandse economie.
- Volgens analisten van de bank levert het beter ondersteunen van vrouwen die een bedrijf willen starten of opschalen, 139 miljard euro extra bruto toegevoegde waarde op.
- Lees ook: Amsterdamse startup haalt $30 miljoen aan groeifinanciering op voor AI-onderzoek naar materialen die broeikasgassen binden
De groei van vrouwelijke ondernemers in Nederland stagneert, zo blijkt uit een nieuw rapport van ABN AMRO.
Per saldo blijft het aandeel van vrouwen onder de Nederlandse ondernemers hangen op 37 procent in 2023. Over een langere periode is dit aandeel wel iets toegenomen, want in 2010 was 32 procent van de ondernemers vrouw. Maar de laatste jaren vertraagt de groei.
Als die stagnatie standhoudt, kan dit financiële gevolgen hebben voor Nederland, want volgens analisten van de bank levert het beter ondersteunen van vrouwen die een bedrijf willen starten of opschalen, de Nederlandse economie 139 miljard euro extra bruto toegevoegde waarde op.
Vrouwelijke ondernemers zijn vooral actief in kleine bedrijven en specifieke sectoren
Vrouwelijke ondernemers zijn vooral actief in door vrouwen gedomineerde sectoren gezondheids- en welzijnszorg, onderwijs en specialistische zakelijke dienstverlening, waaronder bijvoorbeeld
haar- en schoonheidsverzorging, pedicure en manicure vallen.
Het aandeel vrouwelijke ondernemers in de specialistische zakelijke dienstverlening is maar liefst 84 procent en samen zijn de drie sectoren goed voor een vijfde van het aantal vrouwelijke ondernemers.
Daarnaast zijn vrouwelijke ondernemers vooral actief in kleinere bedrijven, namelijk in bedrijven tot tien werknemers. Bovendien kiezen vrouwen vaker voor een zzp-bestaan, maar liefst 79 procent van de vrouwelijke ondernemers is zzp-er in vergelijking met 73 procent van de mannelijke ondernemers.
Vrouwelijke ondernemers missen toegang tot kennis en financiering
Sectoreconoom Gerarda Westerhuis van ABN AMRO pleit voor een sectorale aanpak om ondernemerschap meer gendergelijk te maken en het belang van vrouwelijke ondernemers beter zichtbaar te maken.
“Het is belangrijk om te erkennen dat de behoeften en obstakels van vrouwelijke ondernemers per sector sterk verschillen. Obstakels die vrouwen in meer technische sectoren tegenkomen, zoals toegang tot onderwijs, financiering en netwerken, verschillen aanzienlijk van die in sectoren waar al veel vrouwen actief zijn”, aldus Westerhuis.
Vrouwelijke ondernemers in sectoren waar mannen dominant zijn, lopen volgens het onderzoek tegen cruciale uitdagingen aan. Zo is het lastiger voor hen om een stevig netwerk op te bouwen, wat weer leidt tot beperkte toegang tot kennis over het opschalen van een bedrijf en tot de benodigde financiële middelen.
Volgens Westerhuis moeten deze specifieke obstakels worden aangepakt om effectieve ondersteuning te kunnen bieden. “Er zijn al mooie voorbeelden van overheidsprogramma’s op sectoraal niveau, onder meer in de landbouw en de cultuurbranche. Daar kan op doorgebouwd worden.”
Volgens Chantal Korteweg, directeur Inclusive Banking bij ABN AMRO, moet er een gezamenlijke aanpak van het bedrijfsleven en de overheid komen. “Wel of niet ondernemen is niet alleen een individuele keuze, maar hangt ook af van de context die het bedrijfsleven en de overheid scheppen. Het is echt noodzakelijk daar collectief mee aan de slag te gaan. Alleen dan kunnen we vrouwen gelijke kansen bieden. Er zijn lichtpuntjes, maar er is ook nog veel werk aan de winkel.”